Liedboek met liederen van A. de Boeck, , Emile Delin, Lodewijk Mortelmans, Edw. Verheyden en Gerrit A. Wagner. Op tekst van G.J.P. van Straaten, Guido Gezelle, Klaus Groth, P. de Genestet. De prenten zijn van de hand van Frans Proost, F. Gogo, Jozef Posenaer, Ferd. Koch en Walter Vaes. Het voorblad is van Karel Collens.