24 genummerde platen met daarop ruïnes van Romeinse antieke monumenten en een titelblad, uitgegeven te Antwerpen door Hiëronymus Cock in 1551. Enkele prenten dragen het jaartal 1550.
In tegenstelling tot andere prentmakers geeft Cock de ruïnes weer in hun landschappelijke omgeving. In een aantal gevallen kunnen de gebouwen niet geïdentificeerd worden en door de aanwezigheid van verkeerde titels dringt zich de vraag op of Cock die gebouwen wel ter plaatse heeft getekend. Er is zelfs geen sluitend bewijs dat hij zelf in Italië is geweest. Mogelijk heeft hij in Antwerpen voorbereidende tekeningen gemaakt op basis van wat andere kunstenaars hem, terug uit Rome, aanboden. Eén van hen zou Maarten van Heemskerck kunnen zijn geweest die naar Rome was gereisd. Deze heeft tal van tekeningen van ruïnes gemaakt en Cock had intensief contact met hem. De uitgave van dit werk kadert in de ruime belangstelling die in de loop van de 16e eeuw was ontstaan voor de Romeinse oudheid en de architectuur van die periode ('ruïnemanie'). Met de uitgave van deze etsen leverde Cock een baanbrekend werk dat ook Franse en Italiaanse kunstenaars inspireerde. Cock zelf verzorgde nog een tweede uitgave in 1561, aangevuld met 12 etsen van de broers Van Doetecum. In de loop van de 17e eeuw werd de serie heruitgegeven door Carel Collaert. Daarna werden de koperplaten gekocht door Cornelis Danckerts te Amsterdam die ook een heruitgave verzorgde. De oorspronkelijke uitgave bevatte ook een dedicatie aan Antoine Perrenot de Granvelle, raadgever van Karel V en liefhebber van de Romeinse oudheid, tevens beschermheer van Cock. Hier ontbreekt ze echter.