Het altaar is opgebouwd uit een vierkant, opgedeeld in 4 vlakken, met daarop een halve cirkel. In deze halve cirkel zit God omringd door engelen. In zijn hand houdt hij een staf vast. Daaronder links staat een heilige in een nis, rechts staat een heilige met een kind afgebeeld in een nis. De ruimte daaronder is opgevuld met versiering. Centraal staat Christus aan het kruis afgebeeld, omringd door wenende vrouwen. Daaronder staat de kelkdeur.